Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], Deze stond op, en sloeg onder de Filistijnen, totdat zijn hand moede werd, ja, zijn hand aan het zwaard kleefde; en de HEERE wrocht een [24]groot heil ten zelven dage; en [25]het volk keerde wederom hem na, alleenlijk om te plunderen. 24. Of, een grote overwinning; alzo vs.12, en boven, hfdst.22 vs.51, zie aldaar. 25. Dat bereids opgetogen was, keerde weder terug en volgde hem, niet om te strijden [dewijl hij de victorie bevochten had], maar om te roven.